Afgelopen zaterdag was het zover, de start van The Race Around The Netherlands. Veel voor getraind en tot in den treure aan de fiets en uitrusting gesleuteld. Om 09:00 uur viel mijn startschot. Doel was om in één keer door te fietsen tot aan Muiden op 850 kilometer. Daar vervolgens een paar uur te rusten en dan door te rijden naar Zeeland.
De start ging voortvarend. Lekker kunnen fietsen en ook de nacht prima doorgekomen. Vanaf Delfzijl werd het taai. Heel taai. Stevige wind vol op de neus, saaie rechte wegen en geen boom om je achter te verschuilen. Heftig. En dan is 180 kilometer lang als je er al 500 kilometer op hebt zitten.
Waarom…?
Nadeel van het fietsen op de weg in tegenstelling tot de mountainbike is dat je veel tijd hebt om na te denken. Té veel tijd. Als je je dan op een bepaald moment af gaat vragen waarom je dit ook al weer aan het doen was en waarom je niet gewoon thuis bij vrouw en kinderen was gebleven, dan is het hek van de dam. Muiden leek nog heel ver weg en de gedachte aan de naar zuid-west draaiende wind en het voorspelde slechte weer voor maandag(nacht) en dinsdag maakten het er allemaal niet beter op.
Uiteindelijk in Harlingen na iets meer dan 700 kilometer besloten om het bijltje er bij neer te leggen en de rest van de Race Around The Netherlands te laten voor wat het is. Volgend jaar weer? Mwah… ik denk het niet. Hopelijk gaan dan de 24-uurs mountainbike wedstrijden gewoon weer door 😉